14 - Stevige wind
14-07-2021Onze een-na-laatste zeedag op weg naar Gough begint uiterst bemoedigend. Er is niet al te veel wind, het is half bewolkt en de zee is vrij kalm. Rond zessen zijn in de ochtendschemering al de eerste Reuzenalbatrossen en Brilstormvogels te ontwaren. In de loop van de ochtend groeit het aantal gestaag. Soms zijn er wel meer dan 10 Reuzenalbatrossen en meer dan 20 Brilstormvogels rond de boot. Opmerkelijk is dat de Brilstormvogels van vandaag een veel geprononceerdere koptekening hebben dan de exemplaren die we gisteren zagen. Een mogelijke verklaring is dat we gisteren vooral onvolwassen vogels zagen die zich verder van de broedplaatsen af begeven en nu binnen het bereik van de volwassen vogels zijn gekomen. Verder zien we onder andere Grote, Grauwe en Kleine Pijlstormvogels en vliegen Dons- en Schlegels Stormvogels af en aan. Net voor lunchtijd meldt ook de eerste Geelsnavelalbatros zich. De walvisvogeltjes die we vandaag zien zorgen voor verwarring. Aanvankelijk worden ze voor Breedbekprions gehouden, maar later wordt op deze determinatie teruggekomen. De snavels zijn niet zo breed als ze moeten zijn en hebben bovendien te veel blauw. Vermoedelijk gaat het om een soort waarvan pas anderhalf jaar geleden is vastgesteld dat die op en rond Gough voorkomt. Nog niet duidelijk is of het hier een nieuwe, nog niet eerder voor de wetenschap beschreven soort betreft of dat het gaat om de MacGillivray’s Prion die tot dusver alleen veel oostelijker (tussen Afrika en Australië) is vastgesteld.
Tijdens de lunch betrekt het. Het zicht neemt beduidend af en niet veel later gaat het regenen. Voorboden van een storm die ons in de loop van de avond in zijn greep zal nemen. Die storm wordt uiterst serieus genomen. Op het tweede en derde dek worden de metalen afdekplaten voor de patrijspoorten geschroefd.
Pas rond een uur of zes de volgende ochtend krijgt de storm met een windkracht 9 goed vat op ons. De meesten hebben dan ook nog van een redelijke nachtrust kunnen genieten (de meningen daarover zijn overigens nogal verdeeld) maar na zes uur is daar absoluut geen sprake meer van. Het schip rolt en steigert in de golven en het kost de nodige moeite je staande (maar zelfs ook liggende) te houden. Van vogels kijken komt dan ook weinig. Een enkeling waagt zich kortstondig op de brug (de andere dekken zijn afgesloten) en weet nog een enkele Reuzenalbatros en Schlegels Stormvogel te melden, maar de meesten blijven in de hut en bewegen zich zo min mogelijk door het schip. Helaas houdt de storm vrijwel de gehele dag aan. Pas na het diner begint de wind te luwen. Verwacht wordt dat de wind in de loop van de nacht nog verder zal afnemen. En daarmee worden de kansen op een succesvol bezoek aan Gough natuurlijk groter.
Hendrik Jan Dijkerman
80 mijl zuidwestelijk van Gough
Geplaatst op: 13 april 2015