counter on tumblr
 

26 - Kaapverden

14-07-2021

Vandaag is de reis dan echt ten einde. Als we ’s ochtends bij het ochtendgloren aan dek komen, liggen we een kilometer of twee voor Santiago, het hoofdeiland van Kaapverdië. In de verte zien we de lichtjes van Praia, de hoofdstad schitteren. Als het wat lichter wordt, zien we Kaapverdische Pijlstormvogels en Kaapverdische Kleine Pijlstormvogels langs de boot vliegen. Ook een Roodsnavelkeerkringvogel vliegt een begroetingsrondje. Lang kunnen we er echter niet van genieten, want al snel zet het schip koers naar de haven en komen we uit de baan van de pijlstormvogels.

Aan de kade begint het lange wachten. Veel valt er niet te zien. Alleen een Spaanse Mus zorgt voor enige afleiding. Rond half elf zijn dan toch alle formaliteiten afgehandeld en mogen we het schip verlaten. Er ontstaat enig geharrewar over de bus waarin wij mogen plaatsnemen: de grote bus voor vogelaars die door de reder is geregeld of het kleinere busje dat speciaal voor de Inezia-groep gereed staat. Uiteindelijk kiezen wij voor het kleinere busje en rijden Praia in. De stad straalt vooral armoede uit en overal zien we vrouwen met grote manden op hun hoofd. Het is duidelijk dat we in Afrika zijn. Na een paar kilometer en nadat we de eerste Grijskopijsvogels, de nationale vogel van Kaapverdië, hebben ingekopt, rijden we verder naar een braakliggend terrein net buiten de stad en vlak naast het vliegveld waar de andere bus reeds is gearriveerd. We worden gewezen op een groepje Zwartkruinvinkleeuweriken dat daar aan het foerageren is. Verder struinen levert onder andere Kaapverdische Mus, de Kaapverdische ondersoort van de Torenvalk, en een groepje van zes Renvogels op. Als we deze dichter proberen te benaderen, kunnen we ze niet meer terugvinden, maar lopen we wel tegen een aantal Rosse Woestijnleeuweriken aan. Ook een Brilgrasmus laat zich uitgebreid bewonderen.

Weer terug in de bus rijden we door het indrukwekkende Kaapverdische landschap naar de botanische tuin die ergens midden op het eiland ligt. Onderweg zien we onder andere Bruinnekraven, Kaapverdische Buizerd en Kaapverdische Gierzwaluw. Het laatste stuk komt ons kleine busje goed van pas. Het doet dienst als pendelbusje omdat de weg te smal is voor de grote bus. In de tuin zelf zingen volop Zwartkoppen. Je voelt je meteen weer een heel stuk dichter bij Nederland. De soort waar het eigenlijk om te doen is, wordt ook snel gelokaliseerd. We zien zeker vier Kaapverdische Rietzangers. Die doen overigens zo hoog in de bomen en met hun wat langere snavel weinig aan rietzangers denken.

De laatste stop is bij een stuwmeer ook ergens in het midden van het eiland. Hoewel er maar weinig water in staat, stappen Lepelaars en Grote en Kleine Zilverreigers hier gemoedelijk rond. Ook Bosruiter, Groenpootruiter, Oeverloper en Steltkluut geven acte de présence. Na enig zoekwerk worden echter ook de gehoopte bijzondere soorten gevonden. Niet ver van een Westelijke Rifreiger staat ook een Zwarte Reiger in het water die, geheel volgens het boekje, zijn paraplugedrag vertoont. Meest gelukkig zijn we natuurlijk met de Kaapverdische Purperreiger (nu eens als aparte soort, dan weer als ondersoort van onze gewone Purperreiger beschouwd) die we eerst op de oever en later nog een keer vliegend mooi kunnen waarnemen. De vogel is extreem zeldzaam en kan alleen maar hier worden gezien. Er komen naar schatting nog maar zo’n 40 exemplaren van voor.

Rond vier uur zijn we terug in Praia waar we ons eerst op het bier storten en vervolgens een pizza verorberen. Rond half acht zijn we op weg naar het vliegveld en daarmee (helaas) weer op weg naar Nederland. De Atlantic Odyssey 2015 zit er op....

Hendrik Jan Dijkerman

Geplaatst op: 5 mei 2015


Reacties

add
Er zijn nog geen reacties op deze blog...