counter on tumblr
 

In de loop van de nacht is de wind langzaam wat afgenomen. Nog steeds waait het behoorlijk, maar omdat we de wind recht van achteren krijgen, merk je daar veel minder van dan als de wind van opzij komt. Bijkomend voordeel is dat onze snelheid daardoor hoger is en we dus verderop tijdens de reis wat extra tijd hebben. Bijvoorbeeld om te “spelen” met walvissen en dolfijnen.

De ochtend is productief. Meerdere Gewone Vinvissen, Dwergvinvissen en zelfs Noordse Vinvissen worden gezien, aangevuld met vogels als Grote Jager, Kleine Jager, Grauwe Pijlstormvogel, Alk, Zeekoet, Jan van Gent en verschillende Stormvogeltjes.

Die laatste soort is een soort van symptomatisch voor de waarnemingen van vandaag. Stormvogeltjes, zo groot als een Huiszwaluw, fladderen vaak net boven de golven op zoek naar eten en zijn notoir lastig te zien. Sommigen zien ze wel, sommigen zien ze pas na een tijdje en sommigen zien ze gewoon helemaal niet. Dat gold ook voor de andere waarnemingen vandaag. Er zijn maar enkele mensen die alle soorten gezien hebben, veel mensen hebben een aantal van alle soorten gezien, maar gelukkig is er niemand die helemaal geen enkele soort heeft gezien. Een soort die zeker iedereen gezien heeft, is de Noordse Stormvogel, daar hebben we vele tienduizenden exemplaren voorbij zien komen gisteren.

Zo tegen lunchtijd komen we aan bij de Faröer, een groep eilanden onder Deens bestuur, ongeveer halverwege IJsland en Schotland. De Faröer zijn vooral bekend om twee redenen:

A: als de Faröer in je voetpalpoule zitten heb je een makkelijke tegenstander, eentje van het niveau Luxemburg of Andorra (hoewel je met het Nederlands elftal tegenwoordig nergens meer zeker van bent),

B: hun traditie om dolfijnen (met name Grienden, maar soms ook Witflankdolfijnen) in een fjord bijeen te drijven en af te slachten. In de vorige zin tussen “hun” en “traditie” hoort overigens nog een bijvoeglijk naamwoord, waarvan verschillende in aanmerking komen: barbaars, achterlijk, middeleeuws, onmenselijk zouden allemaal op hun plaats zijn en passen.

Simpel gezegd kom het er op neer dat men hier al eeuwen lang in het najaar op de uitkijk staat om te zien of er groepen dolfijnen voor de kust zwemmen. Is dat zo, dan wordt elk beschikbaar bootje ingezet om de dieren naar een fjord bij Thorshaven te drijven, waar ze vervolgens op beestachtige wijze één voor één met de hand worden afgemaakt.

Zou je daar in vroeger tijden nog begrip voor kunnen hebben gehad – het was immers een aanvulling op hun eenzijdige dieet van vis en schaap – tegenwoordig zegt zelfs de opperste geneesheer van de eilandengroep dat het beter is om de dolfijnen niet te eten vanuit gezondheidsstandpunt. Na de slachtpartij laat men de dieren dan tegenwoordig ook maar gewoon liggen en is de jacht niet meer dan een tijdverdrijf van een stel halsstarrige dierenbeulen.

In de EU, waar Denemarken ook toebehoort, en daarmee ook de Faröer, is walvisjacht gewoon verboden overigens, maar noch Denemarken, noch de Faröer trekt zich daar iets van aan. Sterker nog, de Deense marine wordt ingezet om de walvisJAGERS te “beschermen” en mensen die protesteren op te pakken en naar Denemarken af te voeren.

Als u hier meer over wilt weten, google dan op “Faröer en Sea Shepherd”. (Let op: het beeldmateriaal van de jacht is zeer schokkend!) Logisch dus dat wij tijdens deze reis wel langs de Faröer varen, maar er niet aan land gaan. Op zo'n plek wil je je toeristendollars niet komen brengen.

De middag was rustiger. Letterlijk en figuurlijk. Rustiger met waarnemingen, maar ook rustiger water. De kliffen van de Faröer zorgden voor een lij waar we heerlijk gebruik van hebben gemaakt, genietend van de alom aanwezige Noordse Stormvogels die rond de eilanden leven en van die barbaarse praktijken geen weet hebben…..

Vanaf de Noord Atlantische Oceaan, tussen de Faröer en Schotland

Pieter van der Luit

Geplaatst op: 22 september 2018


Reacties

add
Er zijn nog geen reacties op deze blog...