Dag 1
7 oktober
Vroeg in de ochtend staat de hele groep deelnemers netjes op tijd klaar bij het
station in Deventer. Er wordt kennis gemaakt en snel worden er nog wat pilletjes
tegen wagenziekte en een lekker bakkie koffie gehaald, alvorens we de reis
beginnen.
Vanzelfsprekend is het vanaf de Autobahn lastig vogelen, maar gelukkig (grr%#!)
hebben we een redelijk aantal files om toch wat om ons heen te kijken. Chauffeur
Willem laat zich in de luren leggen door een verouderde Tom-Tom in plaats van zelf
na te denken, waardoor we eerst een ‘prachtige’ kleine omweg maken, alvorens we
de eerste tussenstop bereiken.
De tweede tussenstop betreft de oude grensovergang tussen de Bundes Republik
Deutschland en de DDR: Marienborg. Een historische plek, waar we zeker enige
aandacht aan besteden, maar ook hier houden we ons voornamelijk bezig met de
hoognodige sanitaire stops, het eten van een broodje en het lessen van de dorst.
Stiekem wordt er ook in de lucht gekeken en wat hoge palen, bomen en struiken
afgezocht.
Al met al sprokkelen we onderweg toch wel een aardige lijst met vogelsoorten bij
elkaar. Niet verrassend dat we met name grotere soorten als Knobbelzwaan, Grauwe
gans, Wilde eend, Aalscholver, Blauwe en Grote zilverreiger, Meerkoet, Kokmeeuw
en Zwarte kraai kunnen opschrijven. Rovers zijn natuurlijk altijd leuk: Buizerds en
Torenvalken zien we geregeld, een enkele Sperwer laat zich zien en de prachtige
Rode wouwen zijn de spreekwoordelijke krent in de pap. Ook erg leuk dat ergens in
oostelijk Duitsland de Zwarte kraaien plotseling vervangen worden door hun naaste
en oostelijke familielid, de Bonte kraai! Die zien we in Nederland maar zelden en we
zijn het erover eens dat het een prachtige soort is. Grote groepen Roeken maken
ons nog wat enthousiaster over de kraaiachtigen. Een groot aantal groepjes Reeën,
knabbelend aan scheuten in de velden, maakt het beeld compleet.
Ondanks de files verlaten we redelijk op tijd de Autobahn en als het uitzicht op de
vangrail vervangen wordt door kleinschalig cultuurlandschap gaat iedereen toch wat
meer op het puntje van de stoel zitten. Uiteraard stoppen we midden op de weg om
een eerste groep Kraanvogels goed te bekijken.
Bij een geplande tussenstop bij een uitkijktoren nemen we alle tijd. Het loopt tegen
het einde van de dag, er is weinig tijd om nog andere plekken te bezoeken en de
plek is werkelijk heerlijk. De Kraanvogels trakteren ons direct hier al op een enorm
spektakel. Grote groepen van deze prachtige vogels vliegen her en der om ons heen:
een genot om te bekijken en te beluisteren. Ogen dicht, handen in een kommetje
achter de oren en je zou bijna direct verrekijker, telescoop en camera op Marktplaats
zetten om je alleen op vogelgeluiden toe te leggen.
Bijna dan, want ook het kleinere spul vermaakt ons prima. Telescopen worden
gericht op Roodborsttapuiten en Witte kwikstaarten. Een grote groep Spreeuwen
doet ons van Afrikaanse vlaktes dromen en in de bomen naast ons vechten Merel,
Tjiftjaf, Koolmees, Sijsjes en Boomkruiper om onze aandacht. Vinken, Veldleeuwerik
en Graspiepers in het veld en een jagende Sperwer azend op een Vink, maken het
helemaal af.
We rijden met een gerust hart richting het hotel waar we plannen smeden voor de
volgende dag en ons een prima Duitse maaltijd, variërend van Plunderwurst en
Wildgulash tot Zippelsförder Forelle im Knuspermantel, goed laten smaken.
En Kraanvogels kwamen langs!
Dag 2
8 oktober
Op dag 2 staan we vroeg in de ochtend aan de voet van de Siegessaüle Hakenberg.
De toren herdenkt een slag tussen vredelievende Pruisen en bloeddorstige Zweden
of zoiets en is in 1875, 200 jaar na de slag gebouwd. Dat er belangrijke lessen uit de
geschiedenis geleerd hadden kunnen worden, daarover zijn we het in deze tijden
allemaal eens, maar nu hebben we een ander belangrijk en wel zeer acuut doel: rap
rap de trappen van die toren op en hopen dat er wat Kraanvogels langs komen
vliegen.
En Kraanvogels kwamen langs! Eerst werden we nog op het verkeerde been gezet
door groepen ganzen, maar al snel zien we ‘overal’ grote groepen Kraanvogels op de
vleugels gaan. Grote aantallen vliegen in andere richtingen, maar meer dan genoeg
groepen komen min of meer op ooghoogte langs vliegen. Het prachtige en van deze
korte afstand doordringende ‘grus grus’ is niet van de lucht, een heerlijke manier om
wakker te worden.
Naast de slaaptrek van de Kraanvogels zien we ook daadwerkelijk trek: grote
groepen Vinken en Kepen trekken op lagere hoogte voorbij. Ook in het bos onder
ons meerdere zangers, waaronder Ringmus, Appelvinken, mezen en Putters.
We besluiten de spieren stram door de kou in de hotels op te warmen, wat tijd te
nemen voor het ontbijt en daarna te richting een mooi gebied te rijden, waar we
goede hoop hebben op de in Noordwest-Europa extreem zeldzame Grote trappen.
In het gebied aangekomen, is het even zoeken, maar uiteindelijk zien we niet alleen
een uitkijktoren, maar hebben we ook de onverharde weg ernaar toe gevonden. Al
direct als we op dit toegangsweggetje rijden, ‘blunderen’ we als het ware tegen een
grote groep Grote trappen aan, op werkelijk heel korte afstand. De schuwe Grote
trappen kunnen ons in de auto nog net hebben en we besluiten eerst redelijk
uitgebreid en bewonderend te kijken, dan wat verder te rijden om daarna pas
voorzichtig uit te stappen. Dat blijkt een goed plan, omdat we na het uitstappen, zien
dat de Grote trappen zich heel schielijk en rustig lopend van ons verwijderen. Goed
om te zien dat we met een betrekkelijk grote groep reizigers de Grote trappen
voldoende ruimte geven! Dat de Grote trappen schuw zijn, merken we wat later als
een deel van de vogels, inmiddels op een grotere afstand van onze busjes, zich laat
afschrikken door een voorbijrijdende tractor en op de wieken gaat.
We lopen door naar de uitkijktoren en vandaar hebben we een adembenemend
overzicht over een prachtig gebied. In werkelijk elke richting zien we Reeën. Buizerd,
Rode Wouwen, Geelgors, Kneu, Putter: je waant je werkelijk tientallen jaren terug in
de tijd. Een prachtige man Blauwe kiekendief, in eerste instantie in koor door
Raymond en Willem uitgescholden voor een Steppekiekendief, steelt de show! En als
we goed kijken, ontdekken we weer Grote trappen, eerst een enkeling, later een klein
groepje en uiteindelijk meerdere groepen. Eén van de meest zeldzame broedvogels
van Noordwest-Europa heeft hier een goede plek gevonden!!!
Prachtig vogelen in dit dunbevolkte en extensief beheerde landschap. We zijn echter
aangekomen op een moment dat mensen naar het toilet willen en een hapje willen
eten. En dat kost hier wat meer tijd dan we gewend zijn: we moeten kilometers
maken, komen enkele etablissementen tegen die gesloten zijn en we belanden
uiteindelijk aan een meer, waar we koffie nemen en een gebakje nuttigen. Op het
meer wat watervogels en een Boomklever in de bomen bij de parkeerplaats, maar we
rijden snel terug richting de Grote trappen.
Op de toegangsweg naar de tweede toren ontdekken we een Klapekster op grote
afstand. In de toren genieten we nogmaals van het prachtige landschap, de vele
rovers in de lucht, de Reeën en de Grote trappen.
Aan het eind van de middag proberen we in een waterrijk gebied onze soortenlijst
aan te vullen. Het is hier echter extreem druk met Duitse dagjesmensen, een deel
van de wandelroutes is afgezet en als de lucht donkerder en donkerder wordt, wenst
een groot deel van de groep richting hotel te gaan. De sporen van Bevers en Wilde
zwijnen geven aan dat het hier bij droog weer en meer rust, goed toeven moet zijn.
Na een korte stop in het hotel rijden we een klein stukje het dorp uit om te wachten
op de Kraanvogels, die terugkeren naar hun slaapplekken. De late namiddag
verandert in de vroege avond. De lucht explodeert als het ware in een prachtig
kleurenpallet en van de enorme aantallen Kraanvogels (en ook ganzen en
Spreeuwen). Een absoluut hoogtepunt van de reis en een avond waar ik persoonlijk
nog lang van zal nagenieten.
Een Grauwe gors laat zich de kop niet gek maken en zit volop te zingen. Een
prachtige soort, die we in Nederland helaas vrijwel kwijt zijn.
Dag 3
ongekende spektakel
9 oktober
De volgende ochtend staan we weer vroeg op hetzelfde punt als gisteravond. Het is
mistig en het zicht is beperkt. We horen veel Kraanvogels, er zijn ook grote aantallen
vogels in de lucht, maar we zien er simpelweg minder. Na het ongekende spektakel
van gisteren, is het echt even afkicken, hoewel de mystieke sferen in de mist zeker
ook wel wat hebben.
Wat later in de ochtend rijden we naar een merengebied, waar we een wandeling
van een kilometer of twee maken aan de zuidkust van de Gülper See. Bij de molen
aan het begin van de wandeling vliegen de Ringmussen af en aan. Het meer zelf ligt
werkelijk vol met watervogels: Knobbelzwaan, Kolgans, (Toendra)Rietgans, Grauwe
gans, Bergeend, Wilde eend, Krakeend, Pijlstaart, Slobeend, Smient, Wintertaling en
Tafeleend. Een gedekte tafel voor de Zeearend zou je zeggen. En dat klopt ook wel:
in de top van een dode boom aan de overzijde zit een volwassen exemplaar. Het is
echter een onvolwassen exemplaar dat de show steelt: laag langs vliegend, jaagt hij
het waterwild op stuipen en alles gaat de lucht in. Waarschijnlijk puberaal gedrag om
iedereen even lekker te stangen, want echt aanstalten om te gaan jagen maakt de
vogel niet. Maar werkelijk prachtig om te zien!
Ook leuk, maar wat lastiger te bekijken door de afstand, zijn de steltlopertjes:
Bontbekplevier, Zilverplevier, Kievit, Bonte strandloper, Kleine strandloper en
Kemphaan zijn de namen die we kunnen hangen aan dit diverse gezelschap.
We genieten nog even van het prachtige weer en van de vlinders die nog
rondvliegen, met name aan de zuidelijke helling van een klein dijkje. Daarna hebben
we de dagelijkse sanitaire stop in het midden van de dag. Op de weg ernaartoe, ziet
een enkeling een Zwarte specht, maar helaas kunnen we na een zoektocht en zelfs
het kort afspelen van geluid, deze prachtige soort niet terugvinden. Scherp gevonden
en een prachtige soort!
Het is ook nu best wel weer een ritje naar de horeca, maar eenmaal terug belanden
we in een leuk gebiedje met een bekenstelsel. We maken ook hier een leuke
wandeling en zien onder andere typische vogels van dit soort gebiedjes: Grote gele
kwikstaart, Bruine kiekendief en Dodaars.
Twee dames uit de groep proberen nog een Russische scherpschutter in de
gecamoufleerde kraag te vatten, maar gelukkig komen ze er tijdig achter dat het een
vogelfotograaf betreft, die net op het punt staat na drie dagen wachten de foto van
zijn leven te maken.
Op het verste punt van de wandeling komen we aan bij een huis waar visnetten te
drogen hangen. Een prachtige plek, waar ik me dan waan in de Weerribben van 100
jaar geleden. Hier moeten zeker Otters voor komen, maar een IJsvogel neemt voor
nu even de honneurs waar.
Op de terugweg kunnen we het niet laten twee tussenstops te maken bij de
Kraanvogels; een waardig afscheid van één van de twee hoofdrolspelers van deze
korte trip!!
Dag 4
vogelen blijft toch leuk he!?
10 oktober
De terugreis en een kleine stop om het af te leren
Op maandag pakken we onze tassen en reizen we terug naar Nederland,
uitgezwaaid door een klein deel van de groep, die na van de natuur genoten te
hebben de komende dagen gaat genieten van de cultuur in Berlijn. Eerst maken we
nog een leuke stop op een andere prachtige plek: de Rietzer See en omgeving. Een
enorme groep Sijsjes, een leuke groep Staartmezen, een vrouw Grote zaagbek en
twee Zeearenden: vogelen blijft toch leuk he!?
Na een voorspoedige terugrit, komen we behouden aan in Deventer waar een ieder
de laatste kilometers aanvangt richting huis.
Ik wil alle deelnemers bedanken voor de hele leuke en gezellige reis, mede namens
Inezia Tours en mijn zeer gewaardeerde mede-gids Raymond!
Groetjes, Willem Visser
0 Reacties
Er zijn nog geen reacties.